50 jours pour vivre le temps pascal

Allen geschapen naar het beeld en gelijkenis van de Ene

Version française ci-dessous

Jo Van Hoorde

In tegenstelling tot de andere evangelieverhalen, waar Jezus alleen gaat bidden in Gethsemane terwijl de leerlingen op een afstand en nauwelijks wakker kunnen blijven, vertelt de evangelist Johannes dat Jezus bidt in de nabijheid van de leerlingen. Jezus heeft hen net uit de doeken gedaan wat er staat te gebeuren en hoe hij hen in de toekomst ook nog nabij zou zijn. Maar dan verandert de vorm, de toon van het gesprek helemaal. Jezus begint met een gebed.  

Daarom denk ik dat, in tegenstelling tot wat een makkelijke en gangbare uitleg is, Jezus hier geen instructies geeft over hoe de leerlingen de kerk moeten organiseren, of de boodschap moeten uitdragen, of zich zouden moeten toeleggen op de oecumenische dialoog, die op dat moment zelfs nog moet uitgevonden worden. Jezus is hier niet aan het preken, aan het uitleggen, neen, hij bidt. 

Ik weet niet of je het al hebt meegemaakt dat iemand luidop voor jou bidt waar je zelf bij bent. Dan weet je dat dat wel iets doet met jou. Je voelt je tegelijkertijd getroost, kwetsbaar, dankbaar, zelfs vereerd maar ook een beetje onwennig. In deze maatschappij wordt ons immers aangeraden om zelf de touwtjes stevig in handen te houden, omdat je nu eenmaal de auteur van je succes zou moeten zijn.  
Dat doe je even helemaal niet wanneer je luistert hoe iemand voor je bidt.  
Want niet jij, maar de andere vraagt. Het is van de Eeuwige, en niet van jou, van wie een antwoord verwacht wordt. Er wordt van jou helemaal niets, geen actie verwacht, er zijn geen grote verwachtingen die moeten ingelost worden, je moet het niet zus of zo doen. Je kan er gewoon zijn en luisteren met open oren en open handen. Het verandert je focus helemaal. 

Ook de inhoud van het gebed zelf is niet zo gewoon. Jezus bidt immers niet om een goede gezondheid of voor het welslagen van één of andere onderneming of nog dat de vijand mag worden verslagen. Jezus’ gebed is van een andere orde, namelijk “dat we mogen opgenomen worden in, deel krijgen in de relatie die hijzelf heeft met de Vader, die hij hier ook de “Rechtvaardige” noemt”. Dat kan voor de meesten nogal “flou” of onduidelijk klinken, maar dat is het allerminst als je er de volle draagwijdte van mag verstaan.  
Jezus gaat met zijn gebed immers recht naar de kern en de essentie van waar het in zijn ervaring om draait. Hij beseft als geen ander dat dit juist de onuitputtelijke bron is van waaruit alles kan beginnen en in stand gehouden wordt: wanneer je je geborgen weet in de relatie met de Ene, wanneer je de Adem in je ervaart die je is ingeblazen bij je schepping, dan word je één, een mens uit één stuk, één en voorgoed bevrijd.  
Dat weten, die ervaring, leren we hier, is niet de vrucht van je eigen prestatie, het is in de allereerste plaats gave.  

Om die gave bidt Jezus hier, niet alleen voor zijn vrienden, maar voor iedereen, voor elk van ons. Zodat wanneer je vanuit dit weten kan gaan leven, je voorgoed van angst bevrijd bent, zelfs van de angst voor zelfbehoud.  

Jezus beseft uit eigen ervaring dat dit ene voldoende moet zijn om van de wereld een plek te kunnen maken waar allen één zijn, of anders gezegd waar het Rijk Gods geen utopie blijft. Omdat dat geborgen zijn in de relatie met de Ene nu eenmaal een onblusbaar vuur in je wakker maakt (mogen we het Pinkstervuur noemen?) dat je voortstuwt om eenheid te bewerken in een wereld die verdeeld is, om met zachte krachten alle structuren en mechanismen te bekampen die ongelijkheid creëren en in stand houden, om gerechtigheid te bewerken, daar waar die niet is. Dat alles vanuit het ene besef dat we in wezen allen één zijn, allen geschapen naar het beeld en gelijkenis van de Ene.

Lezingen van de dag:

  • Hand.22, 30; 23, 6-11: Paulus staat terecht voor het Sanhedrin
  • Joh.17, 20-26: Dat zij volmaakt één zijn

Tous créés à l'image et à la ressemblance de l'Unique

Jo Van Hoorde

Contrairement aux autres évangiles où Jésus prie seul à Gethsémani tandis que les disciples restent à distance et à peine éveillés, l'évangéliste Jean nous raconte que Jésus prie en présence des disciples. Jésus leur explique ce qui va se passer et comment il sera près d'eux à l'avenir. La forme et le ton de la conversation changent. Jésus prie.  

Contrairement à une explication facile et courante, il me semble que Jésus ne donne pas ici d'instructions sur la manière dont les disciples doivent organiser l'Eglise, ou diffuser son message, ou s'engager dans un dialogue « œcuménique », qui n’existe de toutes façons pas encore à cette époque. Jésus ne prêche pas ici. Il n’explique rien. Il prie. 

Je ne sais pas si vous avez déjà fait l'expérience de quelqu'un qui prie à haute voix pour vous et surtout devant vous. Vous réalisez alors que cela vous fait quelque chose et vous touche. Vous vous sentez réconforté, vulnérable, reconnaissant, voire honoré, mais aussi quelque peu mal à l'aise.  

Car ce n'est pas nous, mais l'autre personne qui demande pour nous. C'est de l'Éternel, et non de nous-même, que nous attendons une réponse. Rien, aucune action particulière n'est attendue de nous. Il n'y a pas de grandes attentes à satisfaire. Nous pouvons simplement être là et écouter de tout notre cœur, avec des mains ouvertes. Une telle attitude change complètement notre attention. 

De plus, le contenu de la prière n'est pas banal. Jésus ne prie pas pour la santé, le succès ou pour que l'ennemi soit vaincu. La prière de Jésus est d'un autre ordre. Il s’agit d’être "inclus dans », « faire partie de », cette relation qu'il a lui-même avec le Père, qu'il appelle ici aussi le 'Juste'". Cela peut sembler peu clair pour la plupart de nos contemporains, mais cela ne l'est pas si nous essayons d’en comprendre toute la portée.  

Car, dans sa prière, Jésus va directement au cœur de ce qu'est son expérience. Il réalise comme nul autre que c'est précisément la source inépuisable à partir de laquelle tout peut recommencer : lorsque vous vous sentez en sécurité dans la relation avec l'Unique, lorsque vous faites l'expérience de l’Esprit insufflé en vous, alors vous devenez unifié, un être humain d'une seule pièce, un, unifié et à jamais libéré.  

Cette expérience, que nous apprenons ici, n'est pas le fruit de notre propre travail, c'est avant tout un don. Jésus prie pour ce don, non seulement pour ses amis, mais pour tous, pour chacun d'entre nous. Ainsi, lorsque nous commençons à vivre à partir de cette connaissance, nous sommes libérés de la peur pour toujours.  

Jésus réalise, à partir de sa propre expérience, que cette attitude d’ouverture est suffisante pour faire du monde un lieu où tous sont un et où le Royaume de Dieu ne reste pas une utopie. Parce que le fait d'être en sécurité dans la relation avec l'Unique éveille simplement en nous un feu inextinguible —ne peut-on pas parler du feu de la Pentecôte ?— qui nous pousse à travailler à l'unité dans un monde divisé, à combattre avec des forces toutes simples ce qui créée l'inégalité, et à travailler à la justice, là où il n'y en a pas. Tout cela à partir de la conscience que nous sommes tous essentiellement un, tous créés à l'image et à la ressemblance de l'Unique.   

Lectures du jour :

  • 1re lect. : Ac 22, 30 ; 23, 6-11 
  • Ps : 15, 1-2a.5, 7-8, 9-10, 11 
  • Évangile : Jn 17, 20-26 

Crédit photo : iStock / leolintang

0
Shares